op de hoogte zijn, van wanten weten
('van de pij ? zijn')
Wie nog van het mooie zomerweer wil genieten door een verfrissende duik te nemen in het koele water, moet het vandaag (of morgen?) doen, want er schijnt nu toch echt een eind te komen aan die lange warme zomer. Wat dat betreft is het een mooi, cool plaatje, en toch heeft het coule er niets mee te maken. Het klinkt als een vorm van het werkwoord couler ('stromen') en het bijvoeglijk naamwoord cool ('koel, lauw, gaaf'), maar het heeft een andere betekenis. Ook niet die van 'pij' (la coule is ook de benaming voor een monnikspij), althans niet in deze uitdrukking. La coul' is hier de afkorting (daar zijn Fransen dol op: je eet in een restau(rant), je studeert aan de fac(ulté) en je wenst elkaar aan tafel bon ap(pétit) ) van het woord couleur ('kleur') en heeft betrekking op een kaartspel dat in de negentiende eeuw populair was. Wie de juiste kleur kaarten had (de troefkleur), had een voordeel boven de anderen.
volgende keer:
hebben we het over veldslangen...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten