gevloerd / uitgeteld / helemaal kapot
('op de tegelvloer')
Hier zien we een gedicht van Isabelle Simon uitgebeeld:
'Aan de andere kant van het raam, daar waar het koud is, verbergen de kleine luiden die uitgeteld zijn, hun gezicht, laten zij hun schouders hangen, keren ons de rug toe. Dat is de keerzijde, de misère, de achterkant van de samenleving.'
De uitdrukking sur le carreau kan met verschillende werkwoorden gecombineerd worden: être ('zijn') of rester ('(achter)blijven') voor de getroffene en envoyer ('sturen') of laisser ('(achter)laten') voor de veroorzaker. De uitdrukking bestaat sinds het begin van de zeventiende eeuw en verwijst naar een gewonde of dode die uitgestrekt ligt over de (tegel)vloer, die letterlijk dus 'gevloerd' is. Tegenwoordig slaat het meestal niet meer op gewonde of gedode personen, maar wordt het figuurlijk gebruikt voor iemand die uitgeteld is of zich in een penibele situatie bevindt.
volgende keer:
zoeken we uit waar hem de kneep zit...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten