vrijdag 20 november 2020

être en panne

 

kapot/stuk/buiten dienst zijn

Als wij in onze eigen taal het woord 'panne' horen, denken we waarschijnlijk meteen aan autopech. In het Frans is de betekenis uitgebreider, in feite tot alles wat niet meer naar behoren functioneert. Zo kun je last hebben van een panne d'électricité ('stroomuitval') of een panne d'essence of panne sèche ('een lege benzinetank'), maar ook een panne sexuelle ('seksueel disfunctioneren') en over de regering Trump wordt algemeen gezegd dat er in de bestrijding van de coronacrisis sprake is van een panne du leadership américain ('een gebrek aan leiderschap'). Waarschijnlijk is hij en panne d'ídées ('heeft hij geen inspiratie meer'). Er bestaan ook samenstellingen met het woord. Zo kun je iemand 'uit de brand helpen' (dépanner) door wat geld voor te schieten. Een dépanneur is een monteur van de wegenwacht of bijvoorbeeld een verwarmingsreparateur en hij doet uiteraard aan dépannage, wat ook in algemene zin als 'probleemoplossing' kan worden gebruikt.

De oorsprong van het woord lijkt te liggen in de scheepvaart, waar penne en de variant panne een ander woord is voor 'ra'. Als je een schip met en panne, dan richt je de mast zo dat het schip niet meer in beweging kan komen. Zo ging in de achttiende eeuw en panne 'voorlopig buiten werking' betekenen en in de negentiende eeuw vooral voor mechanische pech. In de twintigste eeuw zijn alle figuurlijke betekenissen erbij gekomen.

volgende keer:
gaan we even niet met de mode mee...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten