donderdag 25 augustus 2022

être grand clerc

een grote meneer / bolleboos zijn
('groot geestelijke zijn')

Studeren was lange tijd het voorrecht van de geestelijkheid. De clerici vormden de eerste stand en werden vrijgehouden van werk (op het land) om zich te kunnen wijden aan hun geestelijke taak, waarvoor zij in ieder geval moesten kunnen lezen en schrijven. Daardoor werden zij door het gewone volk als geletterd en geleerd beschouwd. Toch kreeg de uitdrukking al in de achttiende eeuw negatieve connotaties, nl. vooral voor mensen die zich als een groot geleerde voordeden. Al snel werden veel geestelijken nl. voorwerp van spot en bijvoorbeeld beschuldigd van hypocrisie. Tegenwoordig wordt de uitdrukking vaak ontkennend gebruikt: il n'est pas grand clerc ('hij is niet bepaald een bolleboos') of il ne faut pas être grand clerc pour ('je hoeft geen groot geleerde te zijn / je hoeft niet gestudeerd te hebben om...'). En ook in ons woord klerk zien we niet meteen een groot geleerde, maar meer een werknemer met eenvoudige secretariële taken.

volgende keer:
hebben we een neef in Duitsland...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten