vrijdag 27 maart 2020

famille de mots : rouleau

se dérouler - déroulement - (s') enrouler - enroulement - roulade - roulage - roulant - rouleau - roulée - roulement - rouler - roulette - rouleur - rouleuse - roulier - roulis - roulotte - roulure

Als brave burger had ik de afgelopen weken niet gehamsterd en daardoor heb ik dus uiterst zuinig moeten doen met mijn rollen WC-papier (rouleaux de papier hygiénique). Heel Nederland probeerde intussen kennelijk hun quarantainetijd te doden door Theo en Thea en de ontmaskering van het tenenkaasimperium na te spelen... 
Inmiddels kan ik weer enige tijd vooruit, al zal ik de tien jaar poepen bij lange na niet halen. Vandaag de familie van rouler ('rollen'). Naast 'rollen' betekent rouler ook 'rijden' (niet op een paard uiteraard, maar op alles wat wielen heeft) en heel veel andere dingen. Ik beperk me tot een paar bijzondere betekenissen zoals 'belazeren' en ça roule ! dat 'het loopt, het gaat' betekent.
Se dérouler is 'zich afspelen' en le déroulement is de 'afwikkeling, ontwikkeling'.
(S') enrouler is '(zich) oprollen' of 'zich slingeren' en enroulement is dan ook 'krul, winding, spiraal'. 
Een roulade kan een 'rollade' zijn, maar ook een 'opgerolde cake' of gewoon algemeen staan voor 'het naar beneden rollen'. Roulage staat voor 'ondergronds transport' in de mijnen, maar ook voor 'platwalsen' en 'roll-on-roll-off'.
Een roulant is een 'postsorteerder in de trein' of duidt in het meervoud op 'rijdend personeel van de spoorwegen' en als bijvoeglijk naamwoord is het 'rollend', 'goed berijdbaar' of 'heel leuk, grappig'. Een fauteuil roulant is een 'rolstoel'.
Een rouleau is een 'rol' (niet van een acteur, dat is een rôle, maar letterlijk zoals een rol wc-papier), maar ook een 'haarkrul' of een 'cilinder' en in de sport staat het voor 'hoogspringen met een lat'.
Als je een roulée krijgt, krijg je een 'pak slaag'. Een roulement is 'rollen, rijden' of 'geroffel'. Het kan ook staan voor een 'toerbeurt'. 
Roulette kan staan voor het bekende gokspel, maar het is ook een 'rolletje, wieltje' of een 'radertje'. Des patins à roulettes zijn 'rolschaatsen' en als iets va sur des roulettes, dan 'loopt het op rolletjes'.
Een roulotte daarentegen is een 'woonwagen' en een vol à la roulette is een 'autodiefstal' in de zin van het ontvreemden van spullen uit een auto.
Een rouleur is een 'wielrenner op de vlakke baan', maar ook naast vele andere zaken een 'werkman die vaten e.d. rolt'. Een rouleuse daarentegen is een 'bladroller', een soort rups.
Een roulier is een 'vrachtrijder' of 'vrachtvaarder' en le roulis is het 'slingeren' van een schip of een trein.
Zonder overigens volledig te zijn, is een roulure ten slotte een 'hoer' of een 'slet', maar het kan ook gewoon 'ineenrolling' betekenen.

volgende keer:
lachen we wat af (lol)...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten