vrijdag 22 november 2019

famille de mots : empêcher

dépêche - (se) dépêcher - empêchement - (s') empêcher - empêcheur - n'empêche (que)

Als je dezer dagen CNN aanzet, zie je eindeloze verhoren in het kader van de impeachmentprocedure tegen Donald Trump. Wat een raar woord eigenlijk. Op het eerste gezicht zou je het kunnen lezen als een 'inperziking', maar dat zou natuurlijk onzin zijn. 'Inperking' zou al meer in de richting komen, want het woord is namelijk afgeleid van het Franse empêchement dat 'belemmering', 'verhindering' betekent. Het kan gebruikt worden in het geval van een aanstaand huwelijk. Als iemand een wettelijke reden heeft tegen het sluiten van een huwelijk, is er sprake van een empêchement dirimant of empêchement prohibitif, maar je kunt ook gewoon avoir un empêchement ('verhinderd zijn, opgehouden worden'). En cas d'empêchement en sauf empêchement betekenen '(behalve) in geval van verhindering'. Het is het zelfstandig naamwoord van het werkwoord empêcher ('verhinderen') dat weer afkomstig is van het laat-Latijnse impedicare ('in een (voet)val laten lopen'). Het wederkerende s'empêcher betekent 'zich weerhouden, nalaten'. (cela) n'empêche que betekent 'dat neemt niet weg dat...' en zonder que betekent de uitroep N'empêche ! zoiets als 'dat doet er niet toe, laat maar zitten'.
Een empêcheur de danser en rond (lett. 'iemand die verhindert dat er in het rond gedanst kan worden') is een 'spelbreker'. 
Je kunt jezelf of iets natuurlijk ook 'uit de voetval bevrijden': dépêcher, hetgeen nu '(vlug)zenden, toezenden, afvaardigen' betekent. Een dépêche is dan ook een 'telegram' of een 'officieel (schriftelijk) bericht'. Se dépêcher betekent 'zich haasten'.

volgende keer:
Het gaat weer beter met het Franse BNP, maar hoe komt dat?...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten